Het was bij de wisseling van de gymles in de meisjeskleedkamer. Ik denk dat ik in ongeveer in groep 7 zat. Wij kwamen aan om ons om te kleden voor de gymles en een andere klas vertrok. Eén van de meisjes uit de groep voor ons had een lekkende beker in haar tas, alles zat onder. Ze zat daar in tranen, niemand die haar hulp aanbood. En om er nog een schepje bovenop te doen, lachten mijn klasgenoten haar uit.
Ik had zo met haar te doen en was zo boos op mijn klasgenoten, dat ik de gymtas van één van mijn lachende vriendinnen pakte en die aan het meisje gaf om alles mee schoon te vegen.
Die neiging om op te komen voor anderen, daar heb ik nog steeds weleens last van. Ik kan gewoon niet zo goed tegen pesten of onrechtvaardigheid. Inmiddels ben ik er wel iets minder lomp in geworden, wat fijn is voor anderen, maar ook voor mezelf.
En toch… Toch loop ik er de laatste tijd weer tegenaan dat ik er moeite mee heb dat mensen zo weinig rekening met een ander houden.
Ikke, ikke, ikke en de rest kan stikken
Die onderzetters met quotes op de foto hierboven zijn natuurlijk erg grappig. Maar wat minder grappig is, is dat mensen er tegenwoordig naar gaan leven. Het individu is belangrijker dan de rest van de samenleving. Aardig doen voor een ander is prima, zolang het jou maar geen nadeel oplevert. En je mag best een andere mening hebben, als je je mond maar houdt.
Er is echt niets mis met een beetje om de ander denken. Het hoeft ook niet altijd maar leuk voor jou te zijn.
Hier hadden we bijvoorbeeld een discussie aan de eettafel over het afsteken van vuurwerk voor twaalf uur. Ik vind dat niet nodig. Onze kinderen zijn oud genoeg om op te kunnen blijven en dan om twaalf uur naar buiten te gaan en vuurwerk af te steken. Dat het al eerder mag, tja, ok. Maar is het dan meteen nodig? Alleen omdat je je eigen plezier niet uit kunt stellen? Niet iedereen zit te wachten op al die knallen, dieren doe je er ook geen plezier mee. Dan is het toch maar een kleine moeite om dat afsteken uit te stellen tot middernacht, wanneer het echte feest losbarst.
Ben ik dan zo perfect, een heilig boontje?
Nee, absoluut niet. Ik barst van de vooroordelen, heb geen tafelmanieren en ruim niet altijd mijn zooi op. Maar dat betekent niet dat ik het niet belangrijk vind om mezelf en anderen hier bewust van te maken. Als je een ander alleen maar feedback mag geven als je zelf perfect bent, komen we nooit verder.
Toch vind ik het bijvoorbeeld lastig om een collega feedback te geven op het feit dat hij in één zin de woorden kut, shit en godverdomme gebruikt, zonder dat daar nu een aanleiding voor is. Ik gebruik ook weleens scheldwoorden en ik vind het ook niet vreselijk dat mensen zo nu en dan niet zo netjes praten. Maar in het onderwijs heb je toch een voorbeeldfunctie en er zijn genoeg andere woorden beschikbaar.
Al ben ik niet perfect, ik doe wel mijn best om het goede voorbeeld te geven. Naar mijn studenten toe en natuurlijk ook naar mijn kinderen. Daarin vind ik het trouwens ook goed voorbeeldgedrag dat ik fouten mag maken en kan toegeven. Als ik echt perfect zou zijn, zou ik de lat wel heel erg hoog leggen voor anderen.
Gedrag afkeuren, maar niet de persoon
Die vriendin die in de kleedkamer dat meisje uitlachte, die is uitgegroeid tot een ontzettend mooi mens, van binnen en van buiten. Toen was ze ook al een leuke meid hoor, alleen op dat moment vond ik het even niet zo tof wat ze deed. En dat zal vast wederzijds zijn geweest.
En zo kom ik ook nu nog weleens in situaties waarbij ik er moeite mee heb dat die ander waar ik zo om geef, andere mensen als minderwaardig behandelt. Maar hoe ik ook mijn best doe om niet zo lomp mijn mening te geven, ik kan niet altijd voorkomen dat ik de ander kwets met mijn mening. Niemand vind het leuk om van de ander te horen dat hij of zij iets gedaan heeft wat de ander afkeurt. En toch kan ik het niet laten er wat van te zeggen, omdat ik anders voorbij ga aan mezelf en wat ik belangrijk vind. Dat wil nog niet zeggen dat ik de ander minder waardeer als persoon.
Gedrag is maar gedrag. Soms is het maar een momentopname en zijn er andere factoren die ervoor zorgen dat het niet zo leuk overkomt. Het hoeft dus niet te betekenen dat de ander egoïstisch of asociaal is als hij of zij een keer niet om een ander denkt. En ik ben ook niet zo lomp als ik soms doe overkomen.
Wat zijn mijn intenties voor 2018 en welke stappen ga ik hiervoor zetten?
Marion van Mijn Kladblog had een mooi artikel geschreven over 10 vragen en opdrachten die je gaan helpen 2018 tot een mooi jaar te maken. Die hebben me wel aan het denken gezet en vooral de laatste twee vragen bleven hangen.
Ik zou heel graag willen dat mensen meer oog voor elkaar zouden hebben, verdraagzamer, empathischer en minder egoïstisch zijn. Maar ik heb geen idee hoe ik dat anders aan zou moeten pakken dan ik nu doe. Ik doe mijn best om mijn kinderen en studenten hier bewust van te maken en ik hoop dat ik in mijn gedrag ook uitstraal wat ik belangrijk vind. Maar het blijft lastig om een ander aan te spreken op zijn of haar gedrag. Want heb ik op dat moment wel genoeg oog voor die ander? Ben ik wel verdraagzaam of empathisch als ik het gedrag van de ander afkeur? Of ben ik niet gewoon zelf egoïstisch als ik zou willen dat iedereen dezelfde normen en waarden zou hebben als ik?
Het antwoord op de vraag in de titel heb ik dus niet. Hoe zou jij het aanpakken om 2018 minder egoïstisch te maken?
Ik ga me proberen minder druk te maken om dingen. Als iemand wil voordringen in de rij.. prima. Blijkbaar vindt diegene zichzelf dan belangrijker dan mijn tijd. Dat zal wel uit een complex komen. Compassie is de sleutel, denk ik.