Volgens mij heb ik het al een paar keer geroepen: het wordt echt weer eens tijd voor een update wat betreft mijn werk. Hier en daar heb ik wel wat verteld over wat ik doe op mijn werk, maar niet hoe ik bezig ben om mijn werk aan te passen aan mijn beperkingen. En daarin heb ik best al wat slagen gemaakt.
Op zich was er al het één en ander aangepast aan mijn taken, maar erg tevreden was ik daar niet over. De taak als examenleider vond ik toch best pittig en gaf me weinig energie. Na een zoektocht naar wat ik dan wèl wilde, kwam ik toch weer terug bij af. Ik wil niet weg uit het mbo, maar (veel) voor de klas staan, lukt niet.
En alhoewel ik mijn werkdagen al iets had aangepast, lukte het toepassen van de salamitechniek nog niet geweldig. Maar inmiddels zijn er toch wel weer wat dingen veranderd.
Veranderingen ten opzichte van vorig schooljaar
- In plaats van twee hele en twee halve dagen, werk ik nu vier dagen van zes uur. De woensdag ben ik nog steeds vrij, dus ik heb steeds maar twee korte werkdagen achter elkaar. Dat bevalt me eigenlijk heel goed. Natuurlijk is er weleens een dag dat ik wel langer moet blijven, vanwege een studiedag of bijeenkomst. Dat merk ik dan meteen aan mijn lijf, ben dan helemaal gesloopt. Maar zes uur is goed te doen. Als ik dan thuiskom, ga ik even liggen en kan ik daarna nog iets in huis doen of met de kinderen.
- Ik sta iets minder voor de klas, zes lesuur per week in plaats van acht a tien. Dit is verdeeld over mijn werkdagen, dus heb ik één dag zonder lessen en de rest steeds een blok van twee lesuur per dag.
- Voor het eerst sinds jaren ben ik geen studieloopbaanbegeleider van een klas. Dat scheelt zoveel, kan me een stuk beter focussen op mijn taak als examenleider.
- We hebben (weer!) een nieuwe onderwijsleider, die er ook weer anders tegenaan kijkt. Ik mag steeds aangeven wat voor mij nodig is en zij houdt hier dan rekening mee. Ik vind dat best een luxe, maar tegelijkertijd lastig dit aan te geven. Het werk moet toch gedaan worden, is het niet door mij, dan wel door mijn collega’s. Toch is het erg fijn dat er zo wat afspraken gemaakt zijn. Zo beginnen mijn lessen niet voor 10.00 uur, zodat ik eerst wat van mijn taken als examenleider kan doen. En na de lunchpauze heb ik ook geen lessen, waardoor ik het laatste uur van mijn werkdag rustig kan afbouwen met bijvoorbeeld wat archiveerwerk.
- Na een jaar als examenleider heb ik inmiddels ook wat meer routine in bepaalde taken. Dat scheelt een hoop ten opzichte van vorig jaar, waarbij ik regelmatig iets opnieuw moest doen of moest vragen hoe ik het moest doen.
- In de loop van vorig schooljaar heb ik een dockingstation en groot beeldscherm gehad. Plus nog een scanner, zodat ik niet voor één blaadje inscannen heen en weer hoef te lopen naar het kopieerapparaat. En dit schooljaar kwam daar een in hoogte verstelbaar bureau bij. Mijn werkplek is dus een stuk ergonomischer geworden.
- Tot slot nog iets wat niet zozeer met mijn werk te maken heeft, maar wel met mijn werkdag: Mijn jongste dochter heeft sinds dit schooljaar een continurooster tot 14.00 uur en komt zelf naar huis uit school. Ik hoef dus niet nog eens heen en weer naar de bso na mijn werk.
De effecten van die veranderingen
- De kortere werkdagen zorgen ervoor dat ik meer energie overhoud aan het einde van de dag.
- Dat mijn dochter alleen thuis is na school en we in principe tegelijkertijd ‘uit’ zijn, zorgt ervoor dat ik niet te lang blijf hangen op mijn werk. Het is voor mij een stok achter de deur, omdat ik weet dat ze zonder ouderlijk toezicht veel te veel naar haar Ipad zit te turen.
- Minder lessen en dus ook minder lopen zorgt ervoor dat ik minder pijn heb. Alhoewel ik wel merk dat het lopen steeds slechter gaat.
- Zelf zoveel mogelijk mijn werkdag indelen helpt me om dan ook zoveel mogelijk af te wisselen.
- Meer routine zorgt voor meer rust in mijn hoofd. Dat is altijd fijn.
Zoals het nu gaat, ben ik best tevreden. Op deze manier zie ik het wel zitten om nog een flinke poos te kunnen blijven werken.
Het kan altijd beter
Er zijn nog steeds dagen dat ik helemaal kapot ben na die zes uurtjes. Daarnaast haal ik niet meer zoveel voldoening uit mijn werk als voorheen. Daar zou best nog wat meer balans in kunnen komen.
Ik wil gaan kijken hoe ik het vele lopen kan verminderen. De onderwijsleider stelde bijvoorbeeld voor om een paar taken aan een collega over te dragen. En ik wil het toch weer eens gaan proberen om mijn rolstoel mee te nemen. Maar dan wel als deze wat beter is afgestemd en ik er wat langer zonder pijn in kan zitten.
Maar als ik alleen maar in dat examenhok zit, voel ik me weer een beetje buiten het team staan. Al doe ik wel mijn best om elke pauze naar de docentenkamer te gaan, ik mis toch wel wat van wat er daar speelt.
Er is nog wel iets dat ik mis. Ik wil meer uit mijn werk kunnen halen dan ik nu doe. Dat is lastig met mijn kleine aanstelling die al grotendeels ingenomen wordt door mijn taak als examenleider. Dus een uitdaging om toch iets te vinden!